Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [5]Hij zal ingaan [6][in] den vrede; zij zullen rusten op hun [7]slaapsteden, een iegelijk, die [in] zijn [8]oprechtheid gewandeld heeft. 5. Versta hier elken rechtvaardige, dien God tot zich roept. 6. Dat is, in de vreugde des hemels, in de hemelse zaligheid, om de eeuwige vreugde te genieten; of in vrede; dat is, in gerustheid, en met een goede conscientie. Vergelijk Luk.2:29. 7. Of, bedden, of slaapkamers, of legers, en alzo hierna meermalen, dat is in hunne graven, waar zij rusten zullen tot hunne wederopstanding ten jongsten dage. 8. Of, richtigheid; namelijk zonder van den rechten weg ter rechter- of ter linkerhand te wijken. De zin is: die al zijn handel en wandel op het nauwste naar de wetten en geboden des Heeren aanstelt. Of die richtig, of op den rechten [weg] gewandeld heeft. Of, die recht voor Hem, te weten voor den Heere, gewandeld heeft; zie Gen.5:22.